"Met mijn gezondheid en inkomen neem ik geen risico."

Alles wat je moet weten
over je verzekering

Als ondernemer heb bewust gekozen voor vrijheid, zelf keuzes maken. Dat geldt dus ook voor je financiële risico's. Er is geen vangnet bij arbeidsongeschiktheid. Je zult hiervoor zelf een voorziening moeten treffen. Lees hier verder welke kenmerken een AOV heeft en war je op moet letten.

7 redenen om géén AOV te nemen

think
1 Die premies zijn niet te betalen!

Het meest gehoorde argument om dan maar helemaal geen AOV af te sluiten… Zonde, want voor ieder budget is wel een passende verzekering te vinden. Een basisinkomen afdekken kan al voldoende zijn. Laat je in ieder geval informeren. Vraag bijvoorbeeld een vrijblijvende premie indicatie aan. Je zit nergens aan vast en je komt niet in mailinglist terecht.

2 Ik heb zelf wel wat geld achter de hand

Helemaal top natuurlijk als je gezonde financiële buffer hebt. Maar bedenk hoe snel je daar doorheen bent als je inkomen helemaal weg valt. Een potje van € 50.000,- is bij gemiddelde maandlasten van € 2.500 met ruim 1,5 jaar op! En welk geld hou je dan over voor je pensioen? Met het advies houden we zeker rekening met je spaargeld. Zo verzekeren je niet meer dan noodzakelijk.

3 Ik vind het allemaal te ingewikkeld en heb geen zin om mij erin te verdiepen

Dat snap ik. Eigen risico, uitkeringsdrempel, verzekerd bedrag, indexatie, eindleeftijd…. Keuzes keuzes… In het advies leg ik zo begrijpelijk mogelijk uit welke keuzes er zijn en welk effect ze hebben op de premie. In een uur tijd weet je wat je moet weten, ik regel de rest.

4 En hoe zit het met een broodfonds?

Een broodfonds kan in sommige gevallen een goede oplossing zijn. Het grote voordeel is dat de ingelegde ‘premie’ van jou blijft, zolang er niet te veel uitgekeerd wordt aan zieke deelnemers. Het nadeel is dat de uitkering maximaal 2 jaar duurt, de premie is niet aftrekbaar en je krijgt geen hulp voor re-integratie, omscholing en preventie.
Er zijn ook AOV’s met een uitkeringsduur van 2 of 5 jaar. Die premies liggen vaak nog lager dan de inleg bij een broodfonds en zijn wel aftrekbaar. Daarbij heb je meer keuzes voor de dekking.

5 Mijn partner vangt het wel op

Ok, stel dat dat jullie inkomens 50/50 verdeeld zijn. HOE zou je partner dat dan opvangen? En op welke termijn? Kan hij/zij op een knop drukken en direct 50% meer verdienen? (die knop zoek ik nog trouwens) Met het advies houden we zeker rekening met het inkomen van je partner. Misschien hoef je inderdaad maar 50% van je eigen inkomen te verzekeren. Dat scheelt weer in de premie.

6 Ik kijk wel even of ik online wat kan regelen

Ten eerste is het aantal directe aanbieders van AOV’s beperkt. Als je zelf iets afsluit heb je dus nooit een onafhankelijk vergelijk van alle mogelijkheden en aanbieders. Zo lijkt bij aanbieder X het eerste jaar spotgoedkoop en stijgt de premie het jaar daarna enorm. En nogmaals: keuzes keuzes… Ik neem alle beschikbare aanbieders mee in het vergelijk. Dat kan gigantisch schelen in de premie. Let op! er zijn ook aanbieders die zeggen een AOV aan te bieden, maar alleen een eenmalig bedrag uitkeren bij ziekte. Of maximaal 2 jaar uitkeren.

7 Verzekeraars keren toch niet uit

Het vertrouwen in verzekeraars is (al dan niet terecht) niet erg hoog. Toch blijkt dat bij een grote verzekeraar meer dan 90% van de claims toegekend wordt. Dan is er nog een deel dat binnen het eigen risico alweer hersteld is. En er zullen altijd voorbeelden blijven dat iets niet uitgekeerd wordt. In het beheer en nazorg traject help ik je ook als je gebruik moeten maken van de verzekering en dus een uitkering moet aanvragen. We kiezen een partij waarbij je een second opinion mag laten doen.

Veelgestelde vragen over de AOV

Welke factoren bepalen de premie?

De belangrijkste premiebepalende factoren zijn je beroep, je leeftijd, het verzekerde bedrag, de eindleeftijd en het eigen risico. Je beroep en leeftijd staan vast, voor de andere factoren is er een ruime keuze mogelijkheid. Daarnaast zijn er nog wat variabelen om de premie te beïnvloeden zoals de indexatie, de uitkeringsdrempel en de wijze van premiebetaling.

Is de premie aftrekbaar?

Ja, de premie is volledig fiscaal aftrekbaar. Dus niet als zakelijke kosten, maar als ‘uitgaven voor inkomensvoorzieningen’ bij je aangifte inkomstenbelasting. Hou er rekening mee dat er een bruto jaarbedrag op je polis staat en dat je de uitkering netto per maand ontvangt. Als je een uitkering hebt gehad krijg je van de verzekeraar een jaaropgave die je kunt gebruiken bij je belastingaangifte.

Wat kan of mag ik maximaal verzekeren?

Bij de meeste verzekeraars mag je 80% van je gemiddelde bruto winst over de laatste 3 jaar verzekeren. Mocht dat niet voldoende zijn mag je de fiscaal toegestane afschrijvingen er nog bij optellen. Of het ook echt nodig is om 80% te verzekeren komt uiteraard aan bod bij het advies. Voor starters gelden andere regels, hierbij wordt ook gekeken naar je vroegere inkomen uit loondienst en wat je verwachte winst wordt.

Waarom is het beroep zo belangrijke premiebepalende factor?

Er zijn 4 (soms 5) beroepsklassen, van 1 (kantoorwerk) tot 4 (zware handenarbeid) Het premieverschil komt niet door het risico op arbeidsongeschiktheid. Een timmerman kan in principe gezonder en fitter zijn dan een IT-er. En een ongeval kan hen beide overkomen. Het gaat er om dat een timmerman met een gebroken duim misschien wel 75% arbeidsongeschikt is en een IT-er met diezelfde gebroken duim maar 35%. De oorzaak en blessure zijn hetzelfde, het resultaat is dat de verzekeraar de timmerman 70% moet uitkeren en de IT-er maar 30%. Dat verklaart het premieverschil.

Welke keuzes zijn er in de dekking?

Een AOV heeft de volgende keuze mogelijkheden; verzekerd bedrag, eindleeftijd, uitkeringsduur, eigen risico, schade/sommendekking, arbeidsongeschiktheidscriterium, indexatie, uitkeringsdrempel, premiesoort, kortingssoort en de contracttermijn. Al deze keuzes hebben invloed op de dekking en de premie. Reden genoeg om goed advies in te winnen!

Wat zijn (statistisch) de grootste risico’s?

De kans dat je te maken krijgt met arbeidsongeschiktheid is ongeveer 10%. Áls je iets overkomt ben je gelukkig meestal binnen maximaal 2 jaar weer hersteld (bron: CBS stat verzuimcijfers). Zeker de eerste 2 tot 3 jaar moet je dus zorgen dat je die kunt overbruggen. Hier kun je rekening mee houden met de dekking.

Wat zijn de belangrijkste oorzaken van arbeidsongeschiktheid?

De top 3 wisselt nog wel eens van plek, maar de 3 belangrijkste zijn: 1 Huis/tuin/keuken ongelukken met bijvoorbeeld botbreuken of ziekenhuisopnames tot gevolg. Bijvoorbeeld door sporten of verkeersdeelname. 2 Problemen met spieren en gewrichten (rug- nek- schouderklachten) en 3 psychische aandoeningen zoals een burn-out. Hart- en vaatziektes en kanker completeren de top 5. Statistisch gezien neem het risico op arbeidsongeschiktheid natuurlijk tot naarmate je ouder wordt.

Wat is het verschil tussen passende arbeid en beroepsarbeidsongeschiktheid?

Bij het criterium ‘beroepsarbeidsongeschiktheid’ word je arbeidsongeschiktheid beoordeeld op basis van je huidige beroep en functie. Er wordt objectief vastgesteld voor hoeveel procent je je werk niet meer kan doen, dat word je arbeidsongeschiktheidspercentage. Bij ‘passende arbeid’ wordt gekeken welke werkzaamheden je op basis van opleiding, kennis en ervaring nog wel kan doen. Hierdoor zal het arbeidsongeschiktheidspercentage (en dus de uitkering) bij hetzelfde ziektebeeld lager zijn dan bij het beroepscriterium.

Wat is het verschil tussen een AOV en een broodfonds? (of sharepeople)

De belangrijkste verschillen zijn 1) de uitkeringsduur; die is bij een broodfonds maximaal 2 jaar. 2) de fiscaliteit; de inleg van een broodfonds is niet aftrekbaar. 3) de toegang; een broodfonds is een besloten groep. 4) de keuzes; bij een broodfonds heb je veel minder keuze voor de dekking. Het verzekerde bedrag, het eigen risico en uitkeringsduur staan vast. 5) de premie/inleg. Die blijft bij een broodfonds van jou, als er niet te veel uitgekeerd wordt. 6) aanvullende dekkingen; een broodfonds biedt geen re-integratie.  Een broodfonds kan in sommige gevallen een prima optie zijn, het is echter geen volledige vervanging van een AOV. Een broodfonds is ook niet per definitie goedkoper dan een AOV.

Wie bepaald de mate van arbeidsongeschiktheid en hoe?

Dit wordt bepaald door een arbeidsdeskundige. Meestal is dat iemand van een verzekeraar zelf, soms van een extern bureau. Er wordt objectief gemeten in hoeverre je lichamelijk of geestelijk nog geschikt bent om te werken. Dat wordt vertaald in een percentage van arbeidsongeschiktheid. Ik adviseer alleen verzekeringen met een mogelijkheid tot (externe) second opinion.